Grieken zijn geen Goden

Je ziet het zo vaak in allerlei reisgidsen staan: paradijselijk eiland… pittoresk dorp… authentieke sfeer… adembenemend landschap…, en dan denk je: jaja, dat zal ik zelf wel bepalen hoor! En zo stappen wij, gestressd, moe en stijf na de lange reis en een overgeslagen nachtrust, uit het vliegtuig. Wat zijn wij aan vakantie toe…

Een korte taxirit voert ons door een kale hoogvlakte in de richting van de zee. De taxi draait de kustweg op, en we rijden verder door niemandsland, langs een verlaten kust met zwarte, grillige, scherpe rotsen. Mmm, dat lijkt toch niet echt paradijselijk. Vanaf de hoogvlakte hebben we in de verte al een groepje witte huizen zien liggen blakeren in de zon. Het lijkt niet op een pittoresk dorp, eerder een modern appartementencomplex, daar gaan wij uiteraard niet heen. Maar dan beseffen we dat de taxi ons daar juist wel heen brengt. Verbijsterd stappen we uit de taxi, die meteen weer vertrekt. Moeten we ons hier een hele week vermaken?

Maar daar is Poppi, onze vriendelijke gastvrouw, verlegen glimlachend brengt ze ons naar een prachtig appartement. En als we even later de deur achter ons dichttrekken en door een klein straatje naar zee wandelen, komen we er achter waarom we hier zijn. Een prachtige kleine baai, een terrasje, een leuke taverna, bloeiende bouquainville en oleander, wat een openbaring. Die avond klinken de kerkklokken, we horen gezang, en even later zien we een processie voorbijkomen, en het hele dorp loopt uit. Voor de huizen staan vrouwen klaar met een wierookbrander waar ze mee zwaaien als de stoet voorbijkomt.

En dan zien we dat er langs de kade een enorme geluidsinstallatie wordt opgebouwd. Later die avond schalt de Griekse Top40 door het dorp. Het wordt drukker, groepjes jongeren slenteren giechelend en kwekkend voorbij. En naast de minimarkt zitten oudere dorpsbewoners te kijken, te praten, en te wachten.

Na enige tijd verandert de sfeer van de muziek. De jongeren blijven staan, ze worden stil. Een paar meisjes pakken elkaar bij de hand, en ze dansen. Meer meisjes sluiten zich aan, enkele jongens maken de kring kompleet, en als vanzelfsprekend maken ze de eeuwenoude, vertrouwde passen. De muziek klinkt weemoedig, de dansers bewegen in harmonie. Het tempo verandert, een paar dansers verlaten de kring, anderen voegen zich erbij. Ook een paar oudere mannen formeren hun eigen dansgroep. Steeds sneller gaan de voeten, opperste concentratie op de gezichten, de ruggen kaarsrecht, maar de blik gericht op de aarde waar ze hun kracht en inspiratie uit halen.

Geboeid kijken we naar dit schouwspel, en laten ons betoveren. Dat ene meisje, dat altijd zo giechelt met haar vriendinnen, lichtvoetig en elegant als een nymph is ze. En die dikke jongen daar, die altijd zo traag van begrip lijkt en door de andere jongens voor de gek wordt gehouden. Zijn lichaam ontspant zich, en zijn voeten maken moeiteloos de ingewikkelde danspatronen.

Grieken zijn geen goden, schreef A. den Doolaard. Maar op zo’n mooie avond als deze hebben ze beslist iets goddelijks. Wat ons betreft heeft Griekenland weer zijn magische krachten laten werken, en kunnen wij vol inspiratie aan een goddelijke vakantie op Kythira beginnen.

Fred en Kitty Hendriks, Heveadorp

keyboard_arrow_leftkeyboard_arrow_right

Deel met vrienden of reisgenoten

Deel met vrienden of reisgenoten